zondag 15 mei 2016

Dagkoekoeksbloem


Dagkoekoeksbloem - Silene dioica
Dagkoekoeksbloem behoort tot de Anjerfamilie (Caryophyllaceae).  De bloemen hebben een opvallende roze kleur,  zoals u op de foto kunt zien. De bladeren zitten uiteraard tegenover elkaar, zoals gewoonlijk in de Anjerfamilie. Ook zijn ze zeer harig.

De Nederlandse naam koekoeksbloem is mogelijk ontstaan doordat de planten bloeien als de koekoek weer in het land is en opnieuw begint te roepen. Deze plant doet, vanwege de vorm van die bloemetjes en vanwege de naam denken aan de avondkoekoeksbloem (Silene latifolia subsp. Alba).  Maar de avondkoekoeksbloem heeft witte bloemen.

Ook de blaassilene (Silene vulgaris) behoort tot dezelfde plantenfamilie.

Het woord Silene zou ook kunnen afstammen van het Griekse sialon dat speeksel betekent en dat verwijst naar de kleverigheid van deze soort planten.
In de bladoksels zie je vaak schuim, waarin de larve van een schuimcicade leeft, het zogenaamde koekoeksspuug. Het zou dus ook kunnen dat de naam daarvan afkomstig is. Daarover bestaat een mooi verhaal:

Lang geleden woonde aan de rand van een wetering, niet ver van de natte weiden, een mooie, wijze heks, Silene genaamd. Zij hulde zich altijd in prachtige roze en paarse gewaden. Nooit klopten de zieken uit de wijde omgeving tevergeefs aan haar deur.

In die dagen leefde er ook een trotse tovenaar, Cuculus genaamd. Met zijn mooie grote ogen en prachtige hermelijnen mantel verleidde hij menige vrouw. Deze trotse tovenaar kon zelf de stralende ogen van de mooie heks Silene niet weerstaan. Hij viel voor haar liefde en verliet zijn vrouw en kind voor haar. De heks en de tovenaar hadden alleen maar oog voor elkaar en alras kwam uit deze liefde een prachtige dochter voort. Het drietal leek volmaakt gelukkig, tot er een nieuwe vrouw in het leven van de tovenaar verscheen en hij Silene inruilde voor een ander. Zijn dochtertje kwijnde weg zonder de liefde van haar vader.

In grote wijsheid besloot de mooie heks Silene dat deze tovenaar een ramp was voor zijn nageslacht, hij zou nooit meer een kind mogen teleurstellen door zijn onverantwoordelijke gedrag. Ze veranderde hem in een saaie, bruine vogel, die moeizaam door het luchtruim vloog. En om de schande compleet te maken moest hij de hele dag als een kind zeuren om koekjes: “koek koek, koek koek”, zodat in de verre omgeving iedereen hoorde waar die slechte vader zat. Daarom zijn de mensen hem koekoek gaan noemen. Zo zorgde Silene er voor dat iedereen zou weten dat hij een onverantwoordelijke vogel was, die zijn eigen kinderen verliet. Maar om te voorkomen dat de kinderen van de koekoek vaderloos achterblijven, legt de koekoeksmoeder sindsdien haar eieren in het nest van een ander vogelpaar dat wel liefdevol voor de opvoeding zal gaan zorgen.
Maar de wijze heks stak de hand ook in eigen boezem. Ze was zo beschaamd dat ze met al haar wijsheid niet had voorzien dat ze een mislukte vader had verleid. Silene veranderde zichzelf in een plant, met roze en paarse bloemen, de kleuren van haar favoriete gewaden.

Op een mooie zomerdag ontdekte de betoverde koekoek Coculus, dat de heks die hem had betoverd, zichzelf ook had veranderd in mooie paarse bloemen. Hij was zo kwaad over zijn eigen lot als lelijke, domme vogel, dat hij de blaadjes van deze roze bloemen kapot trok. Tot vandaag de dag zien we dat de roze bloemen van de ‘echte’ koekoeksbloem gerafeld zijn. En nog steeds spuwt de koekoek, als hij de kans krijgt zijn boosheid op haar. Daarom zien we in de bladoksels van deze bloem vaak het witte spuugschuim van de koekoek zitten, waardoor de mensen deze bloem de koekoeksbloem zijn gaan noemen.

En speeksel is wel een verschijnsel dat aan verschillende Silenesoorten verbonden kan worden. Sommige soorten hebben bijvoorbeeld een kleverige stengel en in Duitsland worden de Silenesoorten “Leimkraut” genoemd. Tegenwoordig zijn we erachter dat de schuimcicade Philaenus spumarius dat doet wanneer hij een nestje maakt in de bladoksels. Zijn kindjes vinden dat schuim wel lekker ook.
Een veel boeiender verklaring - en die vind je overal terug in de literatuur - is dat het slaat op de Griekse bosgod Silenus. De Silenen (soms vereenzelvigd met de Satyrs) waren fabeldieren uit de Griekse mythologie, half man, half paard. Ze zaten voortdurend de nimfen achterna en vrijden met hen in grotten. Ze hadden een bijzondere belangstelling voor water dat uit de grond omhoog borrelt. De oudste van hen is Silenus, de zoon van Pan, de Griekse god voor de muziek, en de trouwe metgezel en leermeester van Dionysos, de Griekse god voor de wijn.

De verering van Silenus is vanuit Klein-Azië overgekomen naar het oude Griekenland. Oorspronkelijk werd hij geëerd voor zijn verhevenheid en profetische gaven en bij de Griekse wijsgeren stond hij in hoog aanzien. Maar in het Griekse volksgeloof verwordt hij tot een koddige en wulpse figuur, een ouder wordende man met een stompe neus, een kale kop en een buik die zo dik is dat hij nauwelijks kan gaan. Hij rijdt altijd op een ezel.

Door zijn overmatige hartstocht voor de wijn is hij altijd dronken. Hij houdt echter ook veel van muziek en dans.
De dagkoekoeksbloem tweehuizig. Er bestaan dus zowel mannelijke als vrouwelijke planten van deze soort. In de Latijnse soortnaam zit deze eigenschap verweven. Dioica komt van di-oikos (tweehuizig). De mannelijke planten hebben tien nerven op de kelk en de vrouwelijke planten hebben er twintig.

Een belangrijk verschil tussen de avondkoekoeksbloem en de dagkoekoeksbloem is dat de bloemen van de dagkoekoeksbloem overdag gewoon geopend zijn en dat zij nergens naar ruiken. Vanwege dit gebrek komen er geen nachtvlinders op de bloem af. Nachtvlinders zijn trouwens dieren die de geur gelokt moeten worden. Overdag vliegen er wèl dagvlinders en ook hommels rond, die de kleur van de dagkoekoeksbloem aantrekkelijk vinden. De mooie roze kleur leidt hen naar de nectar en het stuifmeel, en dat weten zij maar al te goed.
Dagkoekoeksbloem is vooral belangrijk voor de bladmineerder Pegomya flavifrons. Dit insect is voor de voortplanting afhankelijk van de dagkoekoeksbloem. Hij legt zijn eieren op de plant en zijn larven voeden zich ermee. Er zijn ook enkele zweefvliegsoorten die graag de nectar uit de dagkoekoeksbloem willen hebben.

De dagkoekoeksbloem werd vroeger als een duivelsplant beschouwd. Al wie de bloemen plukt zou een vroege dood tegemoet gaan. Als een kind de dagkoekoeksbloem plukt, sterft zijn/haar vader.  Maar na het plukken van de avondkoekoeksbloem sterft de moeder. Dit verhaal heeft betrekking op de koekoek die in de middeleeuwen werd vereenzelvigd met de duivel.  Het spreekwoord  dat dank je de koekoek’ of ‘loop naar de koekoek’ herinnert hieraan.

Het plukken van de dagkoekoeksbloem is over het algemeen niet nodig. De plant is totaal niet eetbaar en de medische werkingen zijn ook minimaal en niet wetenschappelijk  of voldoende bewezen. Er zijn wel enkele bronnen die aangeven dat er zeep uit gewonnen kan worden en dat de plant een antiseptische en antimicrobiële werking heeft. Doch zijn er genoeg andere planten die u hiervoor met grotere zekerheid kunt gebruiken.

In de bloesemremedie kan de plant wel nuttig zijn, want de bloemen zouden het zelfvertrouwen aansterken, waardoor u uw persoonlijkheid breder kunt ontwikkelen.

Disclaimer bij het gebruik van deze blog

"Wilde planten in Brugge" is niet verantwoordelijk voor eventuele schade, van welke aard dan ook, als gevolg van het gebruik van planten voor medische of culinaire doeleinden.  “Wilde planten in Brugge” kan niet aansprakelijk gesteld worden voor aanspraken die voortkomen uit de verkeerde determinatie van een kruid of het verkeerde gebruik ervan in de ruimste zin van het woord. Dit artikel vervangt niet het deskundig advies van een arts of een erkend phytotherapeut.

Bronnen:


Geen opmerkingen: