Gewone brunel - Prunella vulgaris
Brunel behoort tot de Lipbloemenfamilie.
Brunella was de vroegere Latijnse naam van
de plant. Brunella heeft te maken met het feit dat het bloemhoofdje opvallend
bruine schut- en kelkblaadjes heeft. Brunella is later veranderd in Prunella. Sommigen denken echter dat
Prunella is afgeleid van Prunus (pruim), vanwege de overeenkomst van de bladen
met die van Prunus spinosa. Vulgaris betekent gewoon.
De dichte bloeiwijze is de aanleiding tot
de alternatieve naam 'bijenkorfje'.
De bladeren zijn langwerpig tot eivormig. Ze kunnen zowel gekarteld als gaaf
zijn. De plant bloeit van mei tot in de herfst. De bloem is blauwpaars,
roodachtig, violet of zelden wit en heeft een lengte van 1-1,5 cm. De plant kan
30 cm hoog worden, maar wordt in weiden en gazons zelden groter dan 5 cm.
Hij wordt wel verward met kruipend
zenegroen, die meer op open plekken in het bos en langs de rand van
loofbospaden groeit. Het grootste verschil tussen de twee is dat brunel
duidelijk tweelippige bloemen heeft en de bovenlip over de onderlip valt.
Brunel is een echte woekeraar. Vanuit de
hoofdwortel verspreidt de plant zich door zijwortels die alle kanten
uitgaan.
De wortel werd gebruikt om thee te maken
voor jachtceremoniën van de oorspronkelijke bewoners van Amerika. Het zou de
kracht van het observeren van de prooi versterken.
In China wordt brunel algemeen gebruikt als
een versterkend tonicum. Zij verzamelen de onderste blaadjes en de
bloemhoofdjes om koorts en reuma te behandelen. Het wordt gezien als algemeen
bevorderend voor het immuunsysteem en om
leverproblemen te behandelen. Ook wordt het gebruikt bij gezwollen
lymfeklieren.
Hoewel het kruid in China al twee eeuwen v.
Chr. medicinaal gebruikt werd is hier in
Europa de eerste vermelding daarvan pas in de zestiende eeuw. De Engelse naam
voor de plant 'Heal all' of "Self heal" geeft al aan dat de plant een
medicinale traditie kent. Lang werd brunel gezien als een heilig kruid dat door
God gezonden was om alle ziekten van mens en dier te genezen. Het zou zelfs de duivel
wegjagen. Daardoor ontstond het geloof dat brunel in heksentuinen als
vermomming werd geplant.
Maar er zijn wel degelijk enkele
toepassingen die constant zijn gebleken. Vaak bleek het zeer effectief bij
uitbraken van infectieziekten in legerkampen en andere dicht op elkaar levende
gemeenschappen. Het werkt ontstekingsremmend en bloedstelpend en sterk
samentrekkend. Het is schimmelwerend en antibiotisch. Het kan goed gebruikt
worden bij wonden. Het wordt ook vaak ingezet bij leveraandoeningen.
Chinees onderzoek uit 2005 toont aan dat
deze plant het immuunsysteem stimuleert. Een ander Chinees onderzoek uit
hetzelfde jaar laat zien dat bijenkorfje vooral de macrofagen stimuleren in hun
activiteit. Macrofagen spelen een belangrijke rol in het immuunsysteem.
Brunel werkt samentrekkend waardoor het
diarree tegengaat. De samentrekkende en ontstekingsremmende werking maakt het
een prima inzetbare plant bij darmontstekingen. De bitterstoffen stimuleren de
gal. Als er meer gal wordt aangemaakt, werkt de lever beter. Wanneer de lever
beter werkt wordt het voedsel beter verteerd. Je neemt meer voedingsstoffen op
uit het eten. Dat is vervolgens de reden dat brunel als een tonicum, een
versterkend middel voor het hele lichaam wordt gebruikt.
De lever voert gifstoffen af maar als deze
niet optimaal werkt blijven de gifstoffen in het lichaam en kunnen ze hoofdpijn
veroorzaken. Daarnaast werkt brunel ontspannend. Andere hoofdpijnsoorten hebben
als oorzaak stress, verhoogde bloeddruk of spanning. Ook in die gevallen kan de
plant uitkomst bieden. In China wordt brunel gebruikt om hyperactiviteit bij
kinderen te remmen.
Thee van brunel kan als gorgeldrank helpen
bij tandvleesontstekingen, aften en keelpijn. Verder werkt het verlichtend bij
griep en koorts. Brunelzalf is in te zetten bij schaafwonden, insectenbeten,
koortsblaren en bij zweertjes.
Recept thee:
Twee theelepels gedroogd of vers kruid in
150 ml kokend water, laten trekken tot het afgekoeld is. Zoeten met honing.
Opgepast:
Liever niet gebruiken bij diarree,
maagpijn, misselijkheid of overgeven. Niet gebruiken bij bloedverdunners.
Uitwendig wordt brunel gebruikt als middel
om wonden mee te behandelen. De verse plant kan op de huid worden aangebracht
om bloedingen te stelpen. Ook brandwonden, insectenbeten en zweren worden ermee
behandeld. Verder helpt het bij aambeien en spataderen. Je kunt het ook als
gorgeldrank gebruiken bij keelpijn en aften. Bloedend tandvlees wordt eveneens
tegen gegaan door een mondspoeling. Dat komt door de samentrekkende werking die
bloedingen laat stoppen.
Gewone brunel is eetbaar. De bladeren,
vooral de jonge, worden gebruikt als saladeblad, door de soep en in een
stamppot. Door de tannine smaken ze enigszins bitter. Even wassen in een bak
met water kan dat verhelpen. De bladeren kunnen ook getrokken worden in water
voor een frisse drank. Je kunt zowel koud water gebruiken als heet water om een
thee te maken. Sommige mensen drogen de bladeren om deze later te gebruiken voor
een verfrissende drank of als toevoeging aan de soep.
Disclaimer
bij het gebruik van deze blog:
"Wilde
planten in Brugge" is niet verantwoordelijk voor eventuele schade, van
welke aard dan ook, als gevolg van het gebruik van planten voor medische of
culinaire doeleinden. “Wilde planten in
Brugge” kan niet aansprakelijk gesteld worden voor aanspraken die voortkomen
uit de verkeerde determinatie van een kruid of het verkeerde gebruik ervan in
de ruimste zin van het woord. Dit artikel vervangt niet het deskundig advies
van een arts of een erkend fytotherapeut.
Bronnen:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten