Wilde cichorei - Cichorium intybus
De Nederlandse naam is afgeleid van de
wetenschappelijke naam voor deze plant. Het woord Cichorium is afgeleid van de
woorden Kio (Grieks) wat "ik ga" betekent en Chorion (Grieks) wat
"veld" betekent. Samen wordt hiermee bedoeld dat deze plant niet op
in het veld of op de akker bloeit maar aan de rand of langs de weg.
De plant heeft zich vanuit het Middellandse
Zeegebied over de hele wereld verspreid.
De Teutonen (een Germaanse stam die
waarschijnlijk oorspronkelijk uit het Deense Waddengebied, Jutland of zuidelijk
Scandinavië stamde) gebruikten het als een magische plant om zichzelf
onaantastbaar te maken, waarna de katholieke kerk het doopte naar een plant die
naar de maagd verwees.
Volgens oude volksverhalen zijn de bloemen
van de cichorei zo mooi helderblauw van kleur omdat ze getransformeerde ogen
zijn van een maagd die weende om het schip van haar geliefde, dat nooit weerom
kwam. (zie verder)
Het is algemeen bekend dat van cichorei een
soort koffie werd gemaakt. Al in 1775 ontdekte twee Franse artsen, Harpong en
Brunon, dat de geroosterde en gemalen wortel geschikt was om als surrogaat te
dienen voor echte koffie. Dit omdat import te duur of onmogelijk was.
De gemalen wortels werden, vooral in de
negentiende eeuw en in de periode van de Tweede Wereldoorlog, in
koffiesurrogaat gebruikt vanwege het hoge gehalte aan inuline. Nu wordt
cichorei weer op vrij grote schaal verbouwd voor de productie van inuline.
Hiervoor zijn verschillende rassen geselecteerd die een betere wortelvorm, een
hogere wortelproductie en een hoger gehalte aan inuline hebben dan de
oorspronkelijk wilde cichorei.
De jonge cichoreibladeren hebben een licht
bittere smaak en kunnen in het voorjaar worden gebruikt in salades. Ook kunnen
ze gekookt worden gebruikt. Tijdens het Paasfeest werden de bladeren gegeten
bij het gebraden lam. Ook de bloeistengels kunnen gekookt gebruikt worden.
Ook is bekend dat van cichorei Brussels lof
gekweekt kan worden. Dit werd omstreeks 1850 ontdekt. Witlof echter komt van
een variant van deze plant, de Cichorium endivia. Deze variant is vrij zeldzaam in het wild, dus
meestal hebben we te maken met de echte Cichorium intybus.
Cichorei wordt in de volks- en
plantgeneeskunde gebruikt bij maag- en leverklachten, verstoppingen en een
gebrek aan eetlust.
Uit de plant kan een versterkings- en
kalmeringsmiddel worden gemaakt. Hiervoor moet één deel verse bloemen worden
kleingesneden en in een vijzel worden fijngestampt. Daarna dienen drie delen
suiker te worden toegevoegd totdat er een mengsel ontstaat. Dit moet in een
goed afgesloten pot enige tijd in de zon worden gezet en daarna koel en donker
worden bewaard.
Zowel de wortel als de blaadjes van de plant
zelf werken laxerend en vochtafdrijvend. Cichorei heeft verscheidene medicinale
eigenschappen die niet allemaal zijn bevestigd door de wetenschap.
Ziekten die wel een wetenschappelijke
bevestiging hebben gekregen in het gebruik van cichorei als medicijn zijn:
leverziekten waaronder geelzucht, jicht en nierziekten. Wetenschappers hebben
het polyfenol esculetine aangetroffen in de wortel van cichorei. Deze stof
ondersteunt inderdaad de werking van de lever, zo bleek uit wetenschappelijk
onderzoek.
Omdat cichorei de lever en de nieren
stimuleert werkt het ook goed tegen ziekten die te maken hebben met een
overvloed aan afvalstoffen welke niet verwerkt kunnen worden. Hieronder vallen
bijvoorbeeld jicht en huidziekten zoals eczeem.
Een mooi verhaal van de site van
Natuurverhalen.nl (zie links):
Cichorei groeit langs wegen, op dijken en
rond bankjes in parken. Ze groeien en bloeien zelfs op een uitgedroogde,
gebarsten bodem. Hoe die plant daar is gekomen is een verhaal over
liefdesverdriet.
Zo'n 950 jaar geleden zijn er al godsdienstoorlogen
in het Midden-Oosten. In die tijd trokken, na een oproep van de paus, vele
tienduizenden heldhaftige en diepgelovige mannen naar het Heilige Land. De
eerste kruistochten vinden plaats aan het einde van de elfde eeuw.
De meeste kruisvaarders zijn nooit
teruggekomen. Onder hen bevond zich ook een stoere ridder uit de Lage Landen.
De nobele ridder was verliefd op een mooie jonkvrouw, Cichore, wiens opvallend
heldere, licht blauwe ogen hij niet kon weerstaan. De edelman kon de oproep van
de paus niet negeren en liet het meisje smachtend achter. Hij beloofde haar
echter terug te komen als zij op hem bleef wachten.
Dat nam deze jonkvrouw ter harte en zij
wachtte jarenlang geduldig en liefdevol op zijn terugkomst. Het wachten viel
haar zwaar. Iedere morgen liep ze naar de zandweg en staarde in de verte in de
hoop dat ze hem zou weerzien, om 's
middags teleurgesteld naar huis terug te keren. Dag in dag uit, jaar in jaar
uit liep zij ongeduldig langs de kant van de weg en keek ze met haar
helderblauwe ogen naar de horizon.
Tijdens de hete zomer van het jaar 1099 was
het veel te warm om op en neer te lopen en daarom stond ze dagenlang op een
vaste plek te wachten. Ze stond daar zo
lang dat haar voeten wortel schoten en zij veranderde in een plant met
helderblauwe bloemen. Tot de dag van vandaag kunnen we haar nog zien staan
langs de kant van de veldweg met haar helderblauwe bloemenogen die alleen 's
morgens smachtend naar het zuiden staren, en die 's middags verdrietig weer sluiten
als hij weer niet teruggekomen is.
Disclaimer
bij het gebruik van deze blog
"Wilde
planten in Brugge" is niet verantwoordelijk voor eventuele schade, van
welke aard dan ook, als gevolg van het gebruik van planten voor medische of
culinaire doeleinden. “Wilde planten in
Brugge” kan niet aansprakelijk gesteld worden voor aanspraken die voortkomen uit
de verkeerde determinatie van een kruid of het verkeerde gebruik ervan in de
ruimste zin van het woord. Dit artikel vervangt niet het deskundig advies van
een arts of een erkend fytotherapeut.
Bronnen:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten