Haast dagelijks wandel ik door mijn geliefde Brugge, en alhoewel er in de binnenstad veel fraaie gevels, beelden en historische gebouwen te bewonderen zijn - wat ik ook doe - loop ik toch vaak met de ogen naar de grond gericht, om te zien of ik niet hier of daar onverhoopt een mij nog onbekend plantje "tegen het lijf loop".
Dat is begrijpelijkerwijze niet elke dag het geval, maar als ik een wilde plant zie op de stoep, tegen de gevel van een huis of op de kademuren langs de Reie dan kan ik toch niet laten om er snel een foto van te nemen. Meestal is dat dan met de smartphone, maar als de foto mij achteraf niet helemaal bevalt, dan keer ik toch vaak nog eens op mijn stappen terug, gewapend met mijn getrouwe Canon D70.
Op die manier doe ik regelmatig een 'Safari door Brugge' zoals ik het noem. Hieronder een fotoverslag (deel 9).
Ook Natuurpunt Brugge organiseert om de veertien dagen een "Safari door Brugge".
Meer info daarover is te vinden op de website van Natuurpunt en op :
https://www.brugge.be/op-safari-in-brugge-2023
Doornappel (Datura stramonium) |
De doornappel, ook wel dolappel, duivelskruid of mollenkruid, is een plant uit de nachtschadefamilie (Solanaceae). Het is een zeer giftige plant die hallucinogene alkaloïden bevat.
Pepermunt - Mentha × piperita |
Pepermunt (Mentha ×piperita) is een plant uit de lipbloemenfamilie (Lamiaceae). De olie van deze plant wordt gebruikt voor het maken van pepermuntsnoep.
Pepermunt is ontstaan uit een kruising van watermunt (Mentha aquatica) met aarmunt (Mentha spicata).
Hertshoornweegbree (Plantago coronopus) |
Het is de minst opvallende plant van de drie weegbreesoorten die ik in deze blog beschrijf. Toch komt hij algemeen voor en, eenmaal je hem herkent, dan zie je hem op veel plekken. De plant is gemakkelijk te herkennen doordat het blad wat lijkt op het gewei van een hert. De plant werd reeds vernoemd in het kruidenboek van Dodoens.
Steenlevermos - Marchantia polymorpha |
Parapluutjesmos (Marchantia polymorpha) is een levermos uit de orde Marchantiales en heeft een kosmopolitische verspreiding. De naam parapluutjesmos dankt de plant aan de archegonioforen, de (vrouwelijke) dragers van archegoniën. De soortaanduiding polymorpha komt van het Oudgrieks πολύμορφος (polumorphos), 'veelvormig'.
De plant heeft, als alle levermossen, geen wortels of vaatsysteem. Aan de onderzijde van de plant zitten er rizoïden, die als hechtdraden fungeren en in tegenstelling tot wortels geen water en voedingsstoffen opnemen.
Parapluutjesmos is vooral te vinden op schaduwrijke en vochtige plaatsen. (Wikipedia)
Gele helmbloem (Pseudofumaria lutea, synoniem: Corydalis lutea) We zagen deze mooie plantengroep op de muur van het Grootseminarie te Brugge. Deze gewone berenklauw (Heracleum sphondylium) zagen we tijdens een wandeling in de buurt van Damme. Als gesproken wordt over de berenklauw wordt vaak gedoeld op de invasieve exoten, de reuzenberenklauw (Heracleum mantegazzianum) en Sosnowsky's berenklauw (Heracleum sosnowskyi), waarvan het sap ernstige gevolgen kan hebben als het op de huid komt. (Wikipedia) Zwarte toorts -Verbascum nigrum var. album, de witte variëteit. Macro-opname van de bloemetjes. |