Vandaag publiceren we het derde, en laatste, deel van onze serie over bomen en struiken op muren. De voorbije weken gingen we op zoek naar muren, bruggen en kademuren waar spontaan jonge 'zaailingen' van bomen of struiken op gegroeid waren. En we vonden meer dan we vooraf konden vermoeden.
Vandaag bespreken we kort de zomereik, Taxus (Venijnboom), haagbeuk en steeneik. Mochten we in de toekomst nog andere soorten vinden dan zullen we die aan dit lijstje toevoegen. Over de eik zullen we het nog uitgebreid hebben in een latere bijdrage.
Zomereik - Quercus robur |
Zomereik - Quercus robur
De zomereik is een zeer lang levende boom.
Het blad van de zomereik is onregelmatig gelobd, met drie tot zeven diepe bochtige insnijdingen en heeft een asymmetrische vorm. Het blad is kaal en heeft zijn grootste breedte boven het midden. De bladsteel is kort; de bladvoet is hartvormig en aan beide zijden oorvormig teruggebogen.
Van de inheemse eiken bestaan twee soorten, de zomereik en de wintereik. Ze lijken sprekend op elkaar, maar toch zijn er verschillen te ontdekken. De grootste verschillen zie je bij de bladeren en de eikels. Aan de eikels van de zomereik zitten lange steeltjes; vandaar de Duitse naam "Stieleiche".
De eikels van de wintereik hebben hele korte steeltjes. Verder is het steeltje aan het blad van de wintereik langer dan het steeltje van de zomereik: 10-29 mm versus 2-8 mm. Ook houdt de wintereik in de wintermaanden zijn bruine blad veel langer vast. Het blad is daarnaast minder diep gelobd dan bij het blad van de zomereik.
Het blad van de wintereik is ondieper en meer regelmatig gelobd dan de zomereik, en de bladhelften vormen elkaars spiegelbeeld. De grootste breedte van het blad ligt ongeveer in het midden. De bladeren zijn meestal glanzend donkergroen van kleur en harder dan die van de zomereik. Ook de plaatsing van de bladeren van de wintereik is wat regelmatiger verdeeld dan bij de zomereik.
De eik verliest heel laat zijn bladeren. Jonge eiken houden vaak gedurende de hele winter hun verdorde blad vast.
De zomereik is eenhuizig. De mannelijke en vrouwelijke bloemen komen in aparte bloeiwijzen op de boom voor.
De 2–3 cm lange eikels staan, vaak gepaard, op lange steeltjes (vandaar de Duitse naam: "Stieleiche").
De eik speelt in de geschiedenis van vele Europese volken een speciale rol. We zullen in een latere bijdrage uitvoeriger ingaan op de botanische, mythologische en rituele aspekten van de eik in het algemeen.
Bronnen en meer info:
https://www.natuurbegravennederland.nl/winter-of-zomereik/
https://nl.wikipedia.org/wiki/Zomereik
https://www.ecopedia.be/boom/zomereik
https://www.plantvanhier.be/plantengids/plant/zomereik/33
https://www.floravannederland.nl/planten/zomereik
https://www.onzenatuur.be/artikel/wintereik-vs-zomereik
Taxus / Venijnboom – Taxus baccata |
Taxus / Venijnboom – Taxus baccata
De venijnboom of taxus is een conifeer uit de taxusfamilie (Taxaceae). Het zijn vrij traag groeiende bomen of struiken die zeer oud kunnen worden. Het gebeurt niet zo vaak dat je een in het wild groeiende taxus op een muur aantreft.
Alle soorten taxus bevatten het zeer giftige taxine, een alkaloïde, met tussen de soorten enige variatie in de precieze formule van de alkaloïde. Alle delen van de boom behalve de schijnbessen (zaadomhulsels) bevatten de alkaloïde. De schijnbesjes zijn eetbaar en zoet, maar het zaad is erg giftig. In tegenstelling tot die van vogels kan de menselijke maag de zaadhuid afbreken en taxine vrijgeven in het lichaam. Grazende dieren, in het bijzonder vee en paarden, worden ook soms dood gevonden na het eten van de naalden.
Op de website van het antigifcentrum kan u lezen wat te doen als uw kind bvb. enkele bessen van de taxus heeft gegeten. (Zie bronnen en info)
De naam is afgeleid van het Oudgriekse ‘toxon’ dat 'boog' betekent (waarvan ook het woord 'toxisch' afgeleid is). In de Noordse mythologie had de god van de boog, Ullr, een paleis met de naam Ydalir (Taxusdal).
De giftige bestanddelen van de boom worden al heel lang gebruikt in medicijnen. Paclitaxel, een stof uit de taxus, is het meest gebruikte middel tegen bepaalde vormen van kanker. Een ander giftig bestanddeel van taxus is taxine. Het veroorzaakt hartritmestoornissen, hartstilstand, lever- en nierbeschadigingen.
Het verhaal van de taxus begint 140 miljoen jaar geleden. Het is dan het Boven-Jura tijdperk en dinosaurussen liepen op Aarde rond. Zij stierven uit, de taxus bleef bestaan. Misschien dacht u dat de ginkgo de oudste boom op aarde was… dan weet u het nu beter: de taxus bestaat al even lang. De soort Taxus baccata - die vooral bij ons voorkomt - bestaat ook al minstens 15 miljoen jaar en is daarmee de oudste inheemse boom in Europa. Veel interessante informatie over de taxus kunt u lezen op de site van de provincie West-Vlaanderen. (Zie hieronder)
Bronnen en meer info:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Taxus
https://www.haagplantenkopen.be/coniferen/taxus.html
https://www.ecopedia.be/boom/taxus
https://www.antigifcentrum.be/natuur/planten/giftige-planten/taxus-taxus-baccata
https://www.west-vlaanderen.be/ontwikkelingsstadia-taxus
Haagbeuk - Carpinus betulus |
Haagbeuk - Carpinus betulus
De haagbeuk is een inheemse, bladverliezende loofboom met een mooi ronde, gesloten kruin die tot 10 meter breed wordt. Bij oude exemplaren is de stam diep gegroefd.
De bladeren zijn ovaal, geribd en dubbelgezaagd. Ze lopen lichtgroen uit en worden later donkergroen aan de bovenkant en geelachtig aan de onderzijde. De herfstverkleuring is geel.
De bloemen zijn onopvallende katjes die verschijnen voor het blad. Haagbeuken worden pas op 20-jarige leeftijd vruchtbaar, dan verschijnen de nootjes die een lekkernij zijn voor vogels. De vruchtjes zijn lichtgeel, hangen in trossen en zitten opgesloten in een drielobbig, gevleugeld schutblad.
Door regelmatige snoei kan de kroon en de stam zich niet ontwikkelen en vormt zich een mooie haag. Het blad van de haagbeuk loopt een maand eerder uit dan het blad van de gewone beuk. (tekst: https://groenvanbijons.be/plant/haagbeuk)
De haagbeuk kan uitstekend gesnoeid worden en is daardoor zeer geschikt als haagplant. Ook de beuk (Fagus sylvatica) wordt als haag gebruikt, wat door de Nederlandse naamgeving zeer verwarrend is. Een beukenhaag is echter anders dan een haagbeukenhaag. De haagbeuk kan veel beter tegen wisselende waterstanden i.t.t. de beuk. De dubbel gekartelde bladranden van de haagbeuk helpen ze uit elkaar te houden. Een beuk heeft golvende randen, geen tanden. De bladeren worden in de herfst goudgeel tot oranje van kleur en de vele blijven de hele winter aan de takken. (Wikipedia)
Volwassen bomen kunnen een hoogte van 30 meter bereiken en meer dan 300 jaar oud worden. Net als de beuk biedt de haagbeuk bescherming, rustplaats, nestgelegenheid en foerageermogelijkheden voor vogels en kleine zoogdieren. Hij is de voedselplant voor rupsen van een aantal soorten nachtvlinders. Vinken, mezen en kleine zoogdieren zijn in de herfst dol op de zaden.
De Romeinen gebruikten haagbeuk om hun strijdwagens te maken vanwege de sterkte van het hout.
In de traditionele kruidengeneeskunde werd een tonicum gemaakt van haagbeuk om vermoeidheid en uitputting te verlichten, en de bladeren ervan werden gebruikt om bloedingen te stoppen en wonden te genezen.
Bronnen en meer info:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Haagbeuk
https://www.ecopedia.be/boom/haagbeuk
https://groenvanbijons.be/plant/haagbeuk
https://www.floravannederland.nl/planten/haagbeuk
Steeneik - Quercus ilex |
Steeneik - Quercus ilex
De steeneik is een boom uit de napjesdragersfamilie (Fagaceae). Deze van nature in Zuid-Europa voorkomende, groenblijvende eik wordt vaak aangeplant als sierboom en ter beschutting, vooral in kuststreken. De boom is bestand tegen de zilte zeewind en de luchtvervuiling in de stad. In Nederland en Vlaanderen is de boom matig winterhard. De boom kan dertig meter hoog worden, maar blijft meestal veel kleiner. In rotsachtige gebieden blijft de steeneik vaak struikvormig.
De bladeren variëren in vorm van lang en smal tot eirond. Ze zijn dik, leerachtig en lijken wel wat op bladeren van de hulst (Ilex aquifolium). De bladeren aan de jonge loten hebben een getande rand als bescherming tegen vraat; naarmate de twijg ouder wordt worden de bladranden meer gegolfd, en uiteindelijk glad. De bovenzijde van het blad is ruw en glanzend groen. De onderzijde is grijsachtig groen. De bladsteel is wollig behaard en 1–2 cm lang.
De steeneik levert zeer hard, zwaar hout, in kleine afmetingen, dat azijnhout genoemd wordt. Het leent zich uitstekend voor onderdelen die zwaar belast worden zoals in de wagenmakerij en in windmolens voor de kammen van de wielen. Het hout wordt ook als brandhout zeer gewaardeerd. De bast wordt gebruikt voor het looien van huiden.
Soorten van het geslacht Quercus zijn belangrijke geneeskrachtige planten. Door de eeuwen heen zijn deze soorten in de volksgeneeskunde gebruikt om verschillende ziekten te behandelen. Inheemse volkeren gebruiken ze in veel delen van de wereld als antisepticum en om aandoeningen van het maagdarmkanaal, zoals diarree en aambeien, te behandelen. De bast van de eik werd veelvuldig gebruikt in de plantengeneeskunde als antiseptisch en hemostatisch middel, gebruikt om kiespijn, als kalmerend middel bij ontstekingen en bij brandwonden.
Bronnen en meer info:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Steeneik
https://groenvanbijons.be/plant/steeneik
https://waarnemingen.be/species/80231/
https://www.ecopedia.be/boom/steeneik