donderdag 19 oktober 2023

Stadsplanten.be


 Deze blog werd stopgezet!

We vervangen deze blog door een volledig nieuwe website:

Hé, wat groeit daar in mijn straat?” of… “Hoe heet die plant daar op die oude muur?” en… “Waar komt die mooie bloem tegen mijn gevel plotseling vandaan?” Dat zijn steevast de vragen die mij gesteld worden naar aanleiding van een plantenwandeling of een photoshoot. De interesse voor stadsplanten is de afgelopen jaren duidelijk toegenomen. Vroeger moest elk ‘onkruid’ snel en grondig ‘verdelgd’ worden. 
Het adagio “Als iedereen voor eigen deurtje spuit is heel de straat schoon” vierde hoogtij.

Tegenwoordig is er – hoop ik – meer tolerantie ten opzichte van ‘wild groen‘ in de stad. Ik noem het graag ‘gewild groen‘. De meeste mensen zien de waarde van de biodiversiteit aan planten – en dieren – in en gaan er respectvol mee om. Begrijp me niet verkeerd! Ik pleit er niet voor om de natuur altijd en overal zijn gang te laten gaan. Als wilde planten hinderlijk of zelfs gevaarlijk worden dan moet er ingegrepen worden. Af en toe naar de kapper gaan is voor iedereen wel eens een goed idee. Selectief te werk gaan bij onderhoudsbeurten is soms dansen op een slappe koord. Maar het kan! Dat wordt bewezen door het puike werk van de Groendienst in verschillende steden. 

De stad is een specifieke biotoop. Het is er doorgaans enkele graden warmer dan op het platteland. Er komen uiteraard veel oude muren, bruggen en kaden voor waarop muur- en stoepplanten goed gedijen. 
Vaak worden in de stad ook nieuwe soorten aangetroffen. Planten die van elders afkomstig zijn maar die via reizigers en bezoekers -onbewust – verspreid worden. Soms is het verschijnen van een nieuwe soort het gevolg van het veranderende klimaat. Daar hebben de warme zomers van de voorbije jaren ook toe bijgedragen. In de stad treft men ook regelmatig zogenaamde ‘tuinvlieders‘ aan. Dat zijn van die avonturiers die hun vleugels uitslaan en uit een tuin of bloembak ontsnappen. Andere planten zijn echte ‘exoten‘ die hier voet aan de grond krijgen, én soms een gevaar vormen voor bestaande soorten.

Een vraag die mij ook vaak gesteld wordt is: “Zijn die planten eetbaar? ” of … “Heeft die plant geneeskrachtige eigenschappen “. Het antwoord is vaak volmondig: “Ja! “. Vandaar dat we ook die aspecten van bepaalde soorten trachten te belichten. Veel planten werden vroeger ook vaak ritueel gebruikt of hadden een symbolische betekenis. 

Het is niet onze bedoeling om van deze website een ‘encyclopedische’ site te maken. Er zullen beslist nog planten voorkomen die niet in deze website opgenomen zijn. We beperken ons ook tot urbane flora. Onze eerste bedoeling is om een 100-tal algemeen voorkomende stadsplanten die iedereen vaak voorbijloopt, maar niet kent, wat beter te leren kennen. Want … “Onbekend, maakt onbemind! ” zegt het spreekwoord. Vandaar dat we deze website begonnen zijn met een citaat uit Winnie de Poeh: “Onkruid zijn ook bloemen wanneer je ze beter leert kennen”. (“Weeds are flowers too, once you get to know them“. Bij een illustratie van Ernest Shepard voor het boek “Winnie de Poeh” van Alfred Milne.)

Veel plezier met deze site. (7 oktober 2023)

https://www.stadsplanten.be/

zaterdag 23 september 2023

Ter afsluiting

Het is 23 september 2023. Om 8.50 uur vanochtend is de astronomische herfst begonnen. Een mooi moment om onze zoektocht naar Wilde planten in Brugge af te ronden.

Ik ben mijn queeste gestart op zaterdag 4 februari met een foto van de winterakoniet. 

Het was een lange, boeiende en - toegegeven - ook soms vermoeiende tocht. Gedurende al die maanden heb ik in Brugge om en bij de 5000 plantenfoto’s genomen en meer dan 400 berichten gepost op de Facebook-pagina van “Wilde planten in Brugge”. Op deze blog zijn nu bijna 400 plantensoorten besproken, zowel botanisch, culinair, medicinaal, symbolisch, mythologisch als ritueel. Alle artikels heb ik zelf geschreven en ook alle foto’s zijn - op een enkele uitzondering na - door mijzelf genomen en digitaal bewerkt. 

 

Afsluiten doen we in schoonheid met een video. Uit die immense verzameling foto’s heb ik er 150 geselecteerd. Ik moest me noodgedwongen beperken om de film korter dan 10 minuten te houden, maar ik had evengoed een veelvoud aan foto’s kunnen gebruiken.  Het was niet altijd gemakkelijk kiezen. 


Alle planten zijn in Brugge te vinden. Tegen gevels, tussen stoeptegels, in de goot, op de kademuren en bruggen, in bermen, langs de waterkant, in parken, op speelpleinen, op oude industrieterreinen en ruigten... noem maar op! Iedereen kan die planten vinden. Het enige wat u hoeft te doen is uw ogen de kost te geven. U zal verbaasd staan over de diversiteit aan vormen en kleuren.


Voor veel planten heb ik ook informatie moeten opzoeken in allerlei bronnen: boeken, websites, tijdschriften, studies... Niet zelden kon ik ook terecht bij bevriende biologen, plantkundigen en herboristen. Waarvoor mijn oprechte dank!

 

De komende herfst zal ik mij vooral toeleggen op een nieuwe zoektocht, namelijk paddenstoelen. Ik ben veel minder een kenner van zwammen dan van wilde planten, maar goed... wat niet is kan nog komen. 

 

Later, tijdens de wintermaanden, wil ik mij ‘bezighouden’ met de studie van de botanische kenmerken, gebruik, rituelen en mythen van bomen. 

 

Ik bedank al mijn volgers die -– de meesten dagelijks – mijn artikels waardeerden en naar waarde wisten te schatten.


Marc Willems

Brugge, 23 september 2023 




vrijdag 22 september 2023

Rode klaver (Trifolium pratense) en Witte klaver (Trifolium repens)

 

Rode klaver

Een plant die zoveel voorkomt dat we ze bijna over het hoofd gezien hadden: de rode en witte klaver. In Vlaanderen is rode klaver een uiterst algemene soort. Ik herinner me nog levendig hoe ik als kind met een mesje rode klaver ging afsnijden voor onze konijntjes. Ze waren er verzot op. Of hoe we de bloempjes verzamelden en er een haarkransje van knutselden. En hoe vaak lagen we niet plat op de grond op zoek naar dat ene ‘klavertje vier’, dat we overigens nooit vonden en dat eigenlijk geen klaver is. Heeft u er overigens ooit één gevonden?

In het Latijns heet dit kruid Trifolium pratense. 'Tri' staat voor drie en 'folium' staat voor blad. Iedereen weet dat klaverblaadjes altijd in drieën staan. 'Pratense' is dan weer afgeleid van 'pratum', wat weide betekent. Laat dat nu precies de plek zijn waar we de rode klaver vaak vinden.


Rode klaver (Trifolium pratense) is een overblijvend kruid, vaak tweejarig, uit de vlinderbloemenfamilie. De rode klaver komt in het wild voor in heel Europa en in noordelijk en Centraal-Azië; zuidelijk vanaf het Middellands Zeegebied tot aan de Noordpoolcirkel.

De witte klaver (Trifolium repens) is uiteraard eveneens een vaste plant uit de vlinderbloemenfamilie. Hij heeft zijn naam te danken heeft aan de overwegend witte kleur van de bloeiwijzen. Het is een bekende soort die voorkomt in graslanden, op gazons en in wegbermen. De soortaanduiding repens is Latijn voor "kruipend", een verwijzing naar de kruipende stengels. Net als bij andere klaversoorten bestaat het blad uit drie deelblaadjes. 

Een 'klavertjevier' of 'klavervier' is een mutant bij de witte klaver met bladeren die uit vier deelblaadjes bestaan.

Vooral door de betrekkelijke zeldzaamheid, maar ook door de vorm, die doet denken aan een kruis, wordt het vinden of het krijgen van een "klavertjevier" sinds de middeleeuwen beschouwd als een geluksbrenger. Volgens een legende stelt elk deelblad iets voor: het eerste de hoop, het tweede vertrouwen, het derde liefde en het vierde geluk.

In de Keltische culturen, vooral in Ierland, gelooft met al sinds middeleeuwen in het geluk van een klavertje vier. Voor het ontstaan van dit gelukssymbool bestaan verschillende verklaringen. Zo gaat er een verhaal over een druïde die voor zijn toverdrankjes klavertjes vier gebruikte. Aan de ene kant brengt hij geluk en aan de andere kant zou het helpen tegen het kwaad. Deze gedachte is over de hele wereld verspreid. Vooral dat het klavertje vier geluk zou brengen is blijven hangen. Waarom precies dat aspect van het klavertje vier? Dat komt omdat er voor het klavertje vier een speciale rol is weggelegd in het verhaal van een heilige uit Ierland: Saint Patrick. Bron: https://www.geluk.com/blog/geschiedenis-klavertje-vier/


Nota: In de handel wordt ook een "klavervier" te koop aangeboden, maar dat is feitelijk geen klaver maar een klaverzuring: Oxalis tetraphylla. Een veel aangeboden variëteit die oorspronkelijk uit Mexico afkomstig is heet Oxalis deppei. Klaverzuring lijkt oppervlakkig op klaver, maar is er botanisch gezien geen familie van.

Rode en witte klaver bloeien van mei tot in de herfst met witte en roze tot rode bloemen. De bloeiwijzen zijn bol tot eivormig en hebben aan de voet van de bovenste bladeren steunblaadjes.

Bij grasland dat bedoeld is om te maaien wordt vaak klaver gezaaid. Dit is vanwege het stikstofbindendvermogen en het hoge eiwit gehalte; hierdoor kan er meer en kwalitatief beter gewas geoogst worden.

De bijen worden aangetrokken door de nectar in de bloemen en verzamelen ook stuifmeel of pollen. Rode klaver krijgt trouwens ook vaak bezoek van vlinders. Dat bijen en hommels zo van rode klaver houden, is voor ons ook mooi meegenomen: ze maken er namelijk de heerlijkste klaverhoning van.

Rode klaver hoort - in Nederland - tot de veertig meest algemene soorten uit de inheemse flora, al is ze niet zo talrijk als de algemeen voorkomende witte klaver.

Rode klaver is zeker goed voor je gezondheid. Dit hadden ze vroeger al snel door.
Plinius, een Romeinse letterkundige en politicus, wist al dat rode klaver helpt bij stenen in de urinewegen. 100 jaar na Christus werd rode klaver al gedronken als natuurlijk geneesmiddel. In het Ierland van de 16de eeuw vormde rode klaver een onderdeel van het dieet. Het zou slank zijn stimuleren.



Rembert Dodoens (1517-1585), plantkundige en arts, beval in de 16de eeuw rode klaver aan als een middel tegen de witte vloed van vrouwen. En inderdaad, uit een studie gedaan bij 110 vrouwen in de postmenopauze, bleek dat opvliegers, aanvallen van transpiratie en depressiviteit significant werden verminderd door inname van een tinctuur van rode klaver. Al melden andere bronnen dat dat uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat deze extracten nauwelijks enige invloed op die overgangsklachten hebben.

 

In de volksgeneeskunde werd rode klaver gebruikt als ontgiftend, kalmerend en ontstekingsremmend middel. Vandaar dat het werd gebruikt bij een slechte huid, hoesten, milde diarree en ontstekingen in de darmen.


Heb je groene vingers? Dan kan je zelf rode klaver oogsten, de bloeiende koppen plukken, controleren op insecten, en ze daarna enkele weken laten drogen in een droge, warme, donkere en goed geventileerde ruimte. Na nog een laatste hygiënecontrole, ben je klaar om jouw kopje thee te zetten.

 

De witte en rode klaver zijn ook eetbare planten, maar het is wel aan te raden om ze eerst even te koken. De klavertjes bevatten veel eiwitten, fosfor en calcium. De rode klaver heeft een behaard blad, terwijl het blad van de witte klaver glad is.

 

Rode klaver zou dus op verschillende manieren de gezondheid kunnen ondersteunen, maar het is belangrijk om te weten dat er nog geen gezondheidsclaims over rode klaver goedgekeurd zijn door de Europese Commissie. Bovendien ervaren sommige mensen bij gebruik van rode klaver bijwerkingen zoals huiduitslag en spierpijn. Rode klaver bevat bovendien ook vormen van coumarine en daarvan is bekend dat het bloedverdunnend is. Mensen, die last hebben van bloedstollingsstoornissen of een antistollingsmedicijn slikken, moeten daarom extra voorzichtig zijn. 


Het is daarom altijd belangrijk dat u niet op eigen houtje gaat experimenteren met wilde planten. Raadpleeg altijd een gehomologeerd fytotherapeut. Deze informatie is trouwens niet bedoeld ter vervanging van het advies van uw arts of zorgverlener.





Bronnen en meer info:

 

Groot handboek geneeskrachtige planten; 4de druk - Dr Geert Verhelst

Zie: https://www.bookspot.be/boeken/groot-handboek-geneeskrachtige-planten-9789082692235


en


Botanisch handboek medicinale planten Geneeskrachtige planten & huismiddeltjes van A tot Z ; Monique Simmonds, Melanie-Jayne Howes, Jason Irving; vertaald door Frank van der Knoop

Zie: https://www.bookspot.be/boeken/botanisch-handboek-medicinale-planten-9789050116633

 

https://nl.wikipedia.org/wiki/Rode_klaver

https://www.floravannederland.nl/planten/rode_klaver

https://www.ecopedia.be/planten/rode-klaver

https://edepot.wur.nl/475849

https://www.kruidenvandemaasheggen.nl/blog/alles-over-rode-klaver-thee/

https://www.rtlnieuws.nl/lifestyle/wonen/artikel/5389292/10-eetbare-planten-uit-de-natuur

https://www.evansnwatson.nl/products/rode-klaver-thee-bloesem-gesneden-trifolium-pratense

https://gezondnu.nl/gezondheid/zo-gezond-is-rode-klaver/

http://deepfreezer0.blogspot.com/2012/02/deel-157-rode-klaver.html




Hola

donderdag 21 september 2023

Muizenoor - Pilosella officinarum (synoniem: Hieracium pilosella)

Stel: je hebt een huid zo wit als sneeuw ... hoe heet je dan? .... Juist! Of je hebt tanden als een konijn... hoe noemt me je dan? ... Precies! Of je bent een plantje met blaadjes die lijken op de oren van een muis... hoe heet je dan? ... Correct! Over muizenoor hebben we het vandaag, en er valt heel wat over te zeggen.


Muizenoor - Pilosella officinarum 


Een klein, onopvallend plantje dat je snel verwart met een andere composiet – de bloempjes lijken allemaal een beetje op elkaar – is het muizenoortje. De Nederlandse naam is afgeleid van de spatelvormige bladeren die van boven bezet zijn met lange haren en van onderen grijswit kleuren door een donsachtige laag van sterhaartjes. Dus als je naar de blaadjes kijkt wordt de naam al snel duidelijk: ze lijken op ... jawel. 


Muizenoor - Pilosella officinarum


Van de haartjes is trouwens ook de Latijnse naam afkomstig: ‘Pilosella’ betekent ‘een weinig behaard’. Officinarum betekent geneeskrachtig. Dat laat al vermoeden dat de plant geneeskrachtige eigenschappen heeft of althans in de traditionele kruidengeneeskunde werd gebruikt.

 

Muizenoor is een plant die behoort tot de composietenfamilie (Asteraceae). Het is een lage, bodembedekkende, vaste plant met uitlopers. De stengel ontspringt vanuit dit bladrozet en wordt maximaal 30 cm lang.

 

De bladeren zijn behaard – daardoor is het muizenoortje ook gemakkelijk te onderscheiden van andere soorten - en boven breder dan onder.

De heldergele tot oranjegele bloemhoofdjes, die op een mini-paardenbloem lijken, staan op afzonderlijke bladloze stengels.

 

Muizenoor is een plant van schrale graslanden. In een voedselarm gazon kan muizenoor ook voorkomen. Het kan tegen meerdere maaibeurten per jaar want zijn bladeren liggen plat op de grond.

 

De bloemkleur is geel en de bloeitijd is van ca. mei tot en met juni, al vonden we onlangs nog één enkel exemplaar in bloei (september). 


Het bloemetje lijkt inderdaad op een mini-paardenbloem


Soorten van de geslachten Hieracium en Pilosella worden in veel delen van de wereld al eeuwenlang in de volksgeneeskunde gebruikt. De meest gebruikte soort is Muizenoor Het wordt gebruikt als bestanddeel van verschillende commerciële producten.

 

Muizenoor wordt op grote schaal gebruikt vanwege zijn diuretische effecten. Andere toepassingen zijn onder meer de behandeling van huid-, maag- en darmziekten , evenals ademhalings- en vaataandoeningen. Ten slotte zijn ook toepassingen als wilde groente, voer, en voor traditionele rituelen vermeld.

 

Een thee van de bladeren ontspant de spieren van de bronchiën en vermindert de productie van catarre. Het is effectief tegen allerlei soorten ademhalingsproblemen, waaronder griep, astma, piepende ademhaling, bronchitis en andere verstopte en chronische hoest.

De plant wordt beschouwd als een specifiek middel tegen kinkhoest en kan worden gebruikt in combinatie met witte malrove of toorts.

 

Het kruid wordt ook gebruikt bij de behandeling van enteritis, blaasontsteking, leveraandoeningen, darmontstekingen, diarree en om zware menstruatiebloedingen onder controle te houden.

 

Een poeder gemaakt van muizenoor werd gebruikt om neusbloedingen te stoppen.

Een thee die uit het hele kruid wordt gebrouwen, kan uitwendig worden gebruikt en kan worden gebruikt als gorgelmiddel, huidspoeling en/of lotion.  Het kan worden toegepast als een kompres om de genezing van wonden te bespoedigen.

 

Wetenschappelijke studies bevestigden deze werking, wat het eeuwenoude gebruik in de  traditionele kruidengeneeskunde mede verklaart. Het bevat fIavonoïden, cafeïnezuur en umbelliferon, een stof die lijkt op coumarine.

 

Desalniettemin zijn aanvullende gegevens uit een verder onderzoek naar de bioactieve metabolieten, ondermeer de coumarines, hun werking en toxiciteit nog steeds nodig want er is nog niet genoeg informatie om te weten of het medicinaal gebruik van muisoor ten allen tijde veilig is.

 

Neem daarom deze waarschuwingen in acht:

Er is nog onvoldoende bekend over het gebruik van muizenoor tijdens zwangerschap en borstvoeding.  Muizenoor kan een allergische reactie veroorzaken bij mensen die gevoelig zijn voor de plantenfamilie Asteraceae/Compositae.  Als u allergieën heeft neem dan contact op met uw arts voordat u muizenoor gebruikt.

 

Aandacht: De informatie op deze website is uitsluitend bedoeld voor educatieve doeleinden. Deze site vertelt slechts het traditionele gebruik van specifieke planten, zoals vastgelegd door de geschiedenis heen. Lees in dat verband ook de disclaimer: https://wildeplanteninbrugge.blogspot.com/2023/07/disclaimer_64.html

 

Het is daarom altijd belangrijk dat u niet op eigen houtje gaat experimenteren met wilde planten. Raadpleeg altijd een gehomologeerd fytotherapeut. Deze informatie is trouwens niet bedoeld ter vervanging van het advies van uw arts of zorgverlener.

 

Het hieronder vermelde document is een samenvatting van de wetenschappelijke conclusies van het Comité voor Kruidengeneesmiddelen (HMPC) over het geneeskundig gebruik van muizenoor (kruid en wortel). De conclusies van het HMPC worden door de EU-lidstaten in aanmerking genomen bij de beoordeling van aanvragen voor vergunningverlening van kruidengeneesmiddelen die muizenoor (kruid en wortel) bevatten. Deze samenvatting is niet bedoeld als praktisch advies voor het gebruik van muizenoor.

 https://www.ema.europa.eu/en/documents/herbal-summary/mouse-ear-hawkweed-summary-public_nl.pdf

 

Muizenoor in een gazon tussen andere wilde planten.


Bronnen en meer info:

https://nl.wikipedia.org/wiki/Muizenoor

https://www.ecopedia.be/planten/muizenoor

https://www.floravannederland.nl/planten/muizenoor

https://www.floravannederland.nl/planten/muizenoor

https://www.groenrijk.nl/plantengids/plant/vaste-plant/hieracium-pilosella

https://wilde-planten.nl/muizenoor.htm

https://www.sciencedirect.com/science/article/abs/pii/S0378874121006942

https://herbgarden.co.za/mountainherb/herbinfo.php?id=341

http://www.naturalmedicinalherbs.net/herbs/p/pilosella-officinarum=mouse-ear-hawkweed.php

https://www.ema.europa.eu/en/documents/herbal-summary/mouse-ear-hawkweed-summary-public_nl.pdf

 

dinsdag 19 september 2023

Valse salie - Teucrium scorodonia

 

In Beisbroek is veel valse salie te vinden.  Het is een kenmerkende soort voor eiken- en beukenbos, en is vaak aanwezig in combinatie met adelaarsvaren. Dit kruid houdt niet van te veel donkerte, vandaar dat het vooral aan bosranden en op gekapte oppervlakten voorkomt. De valse salie maakt ondergrondse uitlopers waardoor er in de onmiddellijke omgeving van de moederplant vaak nog een aantal klonen voorkomen. Zie je er m.a.w. één, dan zie je er nog.

 

De valse salie is een overblijvende plant uit de lipbloemenfamilie. Dat is ook duidelijk te merken aan de bloemetjes. Hoewel de soort in het Nederlands 'salie' genoemd wordt, hoort ze niet bij het geslacht Salvia (salie) maar bij het geslacht Teucrium (gamander). De bladeren missen ook de geur van salie.

 

De licht-groengele bloemkroon bestaat uit twee lippen. De ongedeelde bovenlip is kort, de onderlip is viertandig. Ze staan alleen in de oksels van de kleine schutbladen. Ze staan in een eindelingse aar of tros langs de stengel, naar één zijde gekeerd. De bloeiperiode valt in juli tot september. De vruchten zijn splitvruchten met een onopvallende kleur. Ze overleven op zijn minst vijf jaar en behouden zo lang hun kiemkracht.

 

De gesteelde bladen zijn eirond en hebben een afgeknot-hartvormige voet. Ze zijn stomp en onregelmatig getand. Door het ruwe oppervlak maken ze een 'gekreukelde' indruk.

 

De plant wordt door bijen, vooral hommels, bezocht en is de waardplant voor de bosparelmoervlinder.  Bij uitblijvend insectenbezoek heeft bij uitzondering zelfbestuiving plaats, doordat soms de stempels de nog met stuifmeel bedekte helmknopjes aanraken.

 

Over geneeskrachtige eigenschappen van Valse salie is weinig met zekerheid geweten.  Er is onvoldoende betrouwbare informatie om te weten of valse salie veilig is en wat de bijwerkingen kunnen zijn. In de traditionele volksgeneeskunde werd het vroeger gebruikt bij de behandeling van huidaandoeningen, bloedziekten, koortstoestanden en verkoudheden. Het is een goed eetlustopwekkend kruid. Let wel: deze informatie is niet bedoeld ter vervanging van het advies van uw arts of zorgverlener.

 

In zijn smaak en geur lijkt valse salie op hop. Het wordt soms gebruikt als vervanger van hop tijdens de bierbereiding. Het bier wordt er sneller helder door maar valse salie geeft meer kleur af aan het bier.

 

Valse salie - Teucrium scorodonia

 

Bronnen en meer info:

https://nl.wikipedia.org/wiki/Valse_salie

https://www.ecopedia.be/planten/valse-salie

https://plantenvanhier.nl/soorten/valse-salie.html

https://www.youtube.com/watch?v=cuaBe2Zm8UI

https://www.floravannederland.nl/planten/valse_salie

https://waarnemingen.be/species/7546/

https://wilde-planten.nl/valsesalie.htm

https://annetanne.be/kruidenklets/2007/10/29/valse-salie-het-plantje-van-thuis/

https://www.kruidenkast.com/kruiden-1/scezk4lkpsshn4d-kkpt6-459h6-4rkep-ar5sr-snzct

https://www.herbgarden.co.za/mountainherb/herbinfo.php?id=344



Paddenstoelen (deel 2)

We hadden het eerder al over paddenstoelen (zie: https://wildeplanteninbrugge.blogspot.com/search/label/Paddenstoelen)

 

En neen, nogmaals, paddenstoelen zijn geen planten! En het zijn ook geen dieren. Het zijn de vruchtlichamen van een schimmel. In Vlaanderen komen meer dan 4.000 verschillende soorten paddenstoelen voor. Het herkennen van paddenstoelen is vaak specialistenwerk.


Ik ben geen kenner. Maar op de website van Natuurpunt staan een aantal pagina’s die best interessant zijn als je paddenstoelen wil determineren. 



Gele aardappelbovist - Scleroderma citrinum

 

Bleke franjehoed - Psathyrella candolleana


Roodbruine slanke amaniet - Amanita fulva



witte bultzwam (Trametes gibbosa)



Dikrandtonderzwam (Ganoderma australe)


Panteramaniet

amethistzwam (Laccaria amethystina) of rodekoolzwam

Eekhoorntjesbrood

Heksenschermpje

Grote parasolzwam 

Geelwitte russula 

Heksenschermpje

Vliegenzwam

Echt judasoor (Auricularia auricula-judaesynoniemHirneola auricula-judae)






maandag 18 september 2023

Eikvaren

 

Eikvaren


In Brugge blijkt steeds vaker de eikvaren voor te komen. We zien hem steeds vaker op de kademuren van de Reie verschijnen. Ik vind het prachtige planten met een heel frisgroen blad.

Nader onderzoek bracht aan het licht dat er twee verschillende soorten zijn die moeilijk van elkaar te onderscheiden zijn: de brede eikvaren (Polypodium interjectum) en de gewone eikvaren (Polypodium vulgare). Het verschil is vaak enkel met een microscoop en soms zelfs alleen via DNA-onderzoek vast te stellen. De beide soorten eikvaren kunnen daarenboven ook een bastaard vormen (Polypodium x mantoniae). Die bastaard heeft witgrijze sporen, terwijl brede en gewone eikvaren goudgele sporen hebben.

We doen toch een poging want straks wordt de verwarring nog groter.






De brede eikvaren is een vrij zeldzame soort die in Brugge toch vaak blijk voor te komen. De soort lijkt zowel in uiterlijk als in habitat sterk op de veel algemenere gewone eikvaren.

De brede eikvaren is een varen met korte, dikke, vertakte, kruipende rizomen bezet met spiesvormige schubben, en tot 70 cm lange en 8 cm brede eenvormige bladen. 

 

De jonge bladen verschijnen pas tegen de zomer. Ze zijn meestal groter en breder dan die van gewone eikvaren. De bladdelen zijn gezaagd en niet helemaal tot de hoofdnerf ingesneden. De onderste deelblaadjes staan naar voren gericht. Ze zijn min of meer in een horizontale stand gedraaid. Naar de top zijn de deelblaadjes toegespitst. De middelste deelblaadjes zijn het langst.

 

De sporenhoopjes zijn in het begin eirond, later rond en ze liggen tussen de middennerf en de bladrand op de bovenste helft van de blaadjes aan de onderzijde. Er is geen dekvliesje. 

Het sporendoosje heeft een annulus (een verticale lijn van bijzondere, verdikte cellen van de sporangiumsteel tot de top, die een rol speelt bij het openen van het sporendoosje) met onderaan twee of drie onverdikte cellen en daarboven 7 tot 12 verdikte cellen.


 

De brede eikvaren komt oorspronkelijk uit Europa en is te vinden in verschillende biotopen, waaronder bossen, rotsachtige hellingen en oude muren. Hij groeit vaak in iets meer schaduwrijkere of middelmatige lichtomstandigheden.

 

 

De gewone eikvaren heeft een bredere verspreiding. Hij is inheems in Europa, Azië en Noord-Amerika en is beter aanpasbaar aan een verscheidenheid aan biotopen: op zandige bosgrond, vooral aan de voet van bomen, op houtwallen, knotwilgen, oude muren en duinhellingen.

 

De bladeren van de gewone eikvaren zijn meestal kleiner en smaller vergeleken met de brede eikvaren, met lengtes variërend van 8-40 centimeter, met meestal stompe, nauwelijks getande bladslippen, waarvan de onderste paren niet duidelijk langer zijn dan de volgende. De groeiwijze kan soms variëren, maar is meestal compacter.

De onrijpe sori  meestal rond. De sori worden ook wel sporangiënhoopjes genoemd. De misleidende en wat verouderde term sporenhoopjes wordt echter ook nog vaak gebruikt.

Het sporenkapsel is in het begin geel en wordt later donkerbruin. De rand (annulus) er van heeft meestal 10-14 verdikte cellen en is door een onverdikte cel gescheiden van de steel.


Het enige zekere criterium om de gewone eikvaren van de brede eikvaren te onderscheiden is de vorm van het sporendoosje en het aantal cellen in de annulus, maar dit is enkel door microscopisch onderzoek vast te stellen.



Dit is mogelijks de brede eikvaren, afgaand op de lengte en breedte van het blad.
Niet microscopisch onderzocht

En nu wordt het nog een tikkeltje ingewikkelder. Al verschillende jaren werden de eikvarens door de Gentse Rijksuniversiteit onderzocht.  Er werd in Brugge inderdaad brede eikvaren naast de gewone eikvaren gevonden. Maar... in 2006 verzamelden studenten eikvarenmateriaal aan de Augustijnenrei en microscopisch onderzoek bracht later aan het licht dat het om nog een derde soort eikvaren ging: de gedrongen eikvaren (Polypodium cambricum). Daarmee was dat de eerste geregistreerde vondst van deze soort in België.




De gedrongen eikvaren of zuiderlijke eikvaren (Polypodium cambricum) is in België een uiterst zeldzame soort.  Van deze soort is er in Nederland slechts één groeiplek bekend: op een muur in Middelburg. In België is slechts één groeiplaats bekend: Brugge. 

 

De gedrongen eikvaren (Polypodium cambricum) heeft in Europa - zoals gezegd - twee nauwe verwanten, de gewone eikvaren (Polypodium vulgare), en de brede eikvaren (Polypodium interjectum). Uit DNA-onderzoek is gebleken dat de brede eikvaren een oude hybride van de gewone en de zuidelijke eikvaren zou zijn, met intermediare kenmerken zowel in vorm als in habitat. Dat maakt het onderscheid tussen de drie soorten, vooral waar ze samen voorkomen, bijzonder moeilijk.

 

De sporenhoopjes van de gedrongen eikvaren zijn in het begin eirond, later rond, maar blijven relatief klein en liggen tussen de middennerf en de bladrand op de bovenste helft van de blaadjes aan de onderzijde. Er is geen dekvliesje.


Foto: https://commons.wikimedia.org/wiki/User:Josepgesti

Het sporangium (sporendoosje) heeft een annulus - dat is een verticale lijn van bijzondere, verdikte cellen van de sporangiumsteel tot de top - die een rol speelt bij het openen van het sporendoosje met onderaan 5 tot 10 verdikte cellen. De sporenhoopjes zijn meer elliptisch van vorm.

 

Het enige zekere determinatiekenmerk is de vorm van het sporendoosje en het aantal cellen in de annulus, maar dit is enkel door microscopisch onderzoek vast te stellen.

 

Zou dit het sporangium van de gedrongen eikvaren kunnen zijn?


Bronnen en meer informatie

 

• https://waarnemingen.be/

• https://waarneming.nl/

• https://www.verspreidingsatlas.nl/

• https://www.nederlandsesoorten.nl/

• https://wilde-planten.nl/

• http://www.soortenbank.nl/

• https://www.floravannederland.nl/

• https://kulak.kuleuven.be/

• https://www.i-flora.com/en.html

• https://www.gardenia.net/

• https://www.varenvereniging.nl

https://www.worldplants.de/world-ferns/ferns-and-lycophytes-list